Eikenprocessierups

• De eikenprocessierups heeft een sterke voorkeur voor eikenbomen. In de gemeente Vught staan ongeveer 20.000 bomen waarvan ongeveer 60% tot 70% eikenbomen
• U herkent de eikenprocessierups aan de nesten op de stammen en takken: dichte spinsels van vervellingshuidjes, met brandharen en uitwerpselen
• Tussen mei en juli krijgen de eikenprocessierupsen brandharen. Deze brandharen blijven, ook nadat de rups is uitgekomen, in de lucht hangen
• Deze brandharen veroorzaken vaak gezondheidsklachten voor mens en dier

• Vermijd elk contact met de rupsen
• Ga niet op de grond zitten bij een boom waar de processierups in zit
• Na aanraking van rupsen of haren mag u niet krabben of wrijven. Was de huid en ogen goed of spoel met water
• Bestrijd de rups niet zelf. Wegspuiten met bijvoorbeeld een hogedrukreiniger heeft geen enkele zin. De haren blijven namelijk achter op de boom of verspreiden zich via de lucht
• Voor rupsen in particuliere bomen bent u zelf verantwoordelijk. Laat een gespecialiseerd bedrijf dit voor u doen. De bijbehorende kosten zijn dan voor uw eigen rekening
• Ziet u (nesten van) eikenprocessierupsen in uw omgeving? Meld dit dan direct bij de gemeente
• Omwikkel de bomen niet met plastic. Dit heeft geen enkele zin en maakt het probleem zelfs erger

Wij bestrijden de eikenprocesierups preventief. Als de eikenprocessierups net uit het ei komt, heeft het nog geen brandharen. Dat is het juiste moment om de rups te bestrijden met een biologisch bestrijdingsmiddel. Als dat goed lukt, gaan de rupsjes dood. Dat betekent dat we in het hoogseizoen (mei en juni) minder rupsen met brandharen hebben én dat er volgend jaar minder eitjes zijn. Goed nieuws dus!

We spuiten het bestrijdingsmiddel met een zogenoemde nevelspuit. In de nevel zit een bacteriepreparaat. Dit middel gaat op de bladeren van de boom zitten en als de rupsen hier genoeg van eten, gaan ze dood. Het middel is alleen schadelijk voor rupsen, niet voor mensen of andere dieren. Nadeel is dat ook andere rupsen doodgaan van het middel. Dat is de reden dat we in gebieden met beschermde vlindersoorten niet bestrijden.